Pensioenfonds Schoonmaak voorziet korting in 2021, bestuurders maken zich zorgen

Pensioenfonds Schoonmaak voorziet korting in 2021, bestuurders maken zich zorgen

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf (BPF Schoonmaak) heeft het niet gemakkelijk nu de rente structureel laag staat. Bestuurders Elly Kwakkelstein en Walther Schapendonk maken zich zorgen. "Als de rente niet hoger wordt, zien we een korting op de pensioenen in beeld komen. Daar maken we ons druk over."

Van die lage rente hebben meer pensioenfondsen last. En hier komt de, enigszins wat technische, uitleg. Pensioen is nu geld opzij leggen voor later. En: nu al een toezegging krijgen over de uitkering dan. Die toezegging is een harde verplichting voor het fonds. De dekkingsgraad van een pensioenfonds geeft aan of er genoeg geld is om de tot nu toe opgebouwde pensioenen nu en in de toekomst te betalen. Het is de verhouding tussen het bedrag dat het pensioenfonds moet uitkeren en het bedrag dat het fonds in de kas heeft. Als de dekkingsgraad 100 procent is, zijn de bezittingen van het fonds precies in balans met de verplichtingen. Juist bij het vaststellen van die verplichtingen is de rentestand doorslaggevend.

Maximaal toegestane rente van 4 procent

Tot 2006 werd er gerekend met een maximaal toegestane rente van 4 procent. De fondsen bouwden toen meer vermogen op dan voor hun verplichtingen nodig was. Maar in 2006 zakte de rente door de grens van 4 procent heen en moesten fondsen met lagere rentes rekenen. Dit gaf veel problemen. Die werden nog eens verergerd door de financiële crisis in 2008. De klappen werden voor een deel opgevangen door hogere premies en per saldo goede beleggingsresultaten. Maar de rente bleef zakken en die lage rente is nu hét grote probleem. Daardoor liggen de dekkingsgraden van de meeste fondsen nu onder de 100 procent. Dat terwijl toezichthouder De Nederlandsche Bank wil dat deze minimaal op 104,6 procent ligt. Het BPF Schoonmaak rapporteerde eind januari een dekkingsgraad van 99,9 procent. “Als de situatie niet verbetert, voorzien we in 2021 een korting op de pensioenen. Daar ontkomen we niet aan”, aldus Kwakkelstein.

Beleid van Europese Centrale Bank bepaalt rente

“Alles wat we kunnen doen om de dekkingsgraad te verbeteren, pakken we aan”, aldus Kwakkelstein. “We hebben de rente niet in eigen hand.” Deze wordt in essentie bepaald door beleid van de Europese Centrale Bank (ECB), waarin De Nederlandsche Bank is vertegenwoordigd. De ECB gaf onlangs aan de korte rente op nul procent te houden, zeker tot na de zomer. Let wel, dat is de rente bij de ECB. Deze sijpelt via financiële instellingen, die er een opslag op doen, naar consumenten en ook naar pensioenfondsen. “Wij rekenen met 1,47 procent. Een gemiddelde van alle rentes van leningen die lopen van 0 tot 60 jaar. Die rente moet stijgen tot ongeveer 1,9 procent om op 106 procent te zitten.” Kwakkelstein: “Dan zouden we in één klap uit de problemen zijn.”

Korten op pensioen moeilijk uit te leggen

Schapendonk: “Maar die rente kunnen we simpelweg niet beïnvloeden. Waar we wel mee aan de slag zijn gegaan is het verbeteren van de beleggingsresultaten. Dat ging tot het vierde kwartaal van 2018 heel goed, maar daarna ging het slechter met de beleggingsmarkten. “Daardoor viel ons vermogen terug.” Pensioenfondsen die onder de 104,6 procent zitten, moeten een herstelplan indienen. Dat deed BPF Schoonmaak in 2018 en daarvoor. Onderdeel van het herstelplan gaat mogelijkerwijs ook een eventuele korting op de pensioenen worden. Die is moeilijk uit te leggen, zeker omdat het economisch in Nederland goed gaat. Kwakkelstein: “We hebben bijna vijf miljard euro in de pot zitten en onze beleggingsresultaten zijn tot aan het vierde kwartaal van 2018 goed geweest. Als gevolg van regelgeving en invloeden van buitenaf komen we nu in de problemen. Dat proberen we in alle macht uit te leggen aan deelnemers en gepensioneerden. Zoals het er nu uitziet, moeten we korten in 2021.”

Bij korten krijgen schoonmakers een lagere pensioenuitkering

Wat betekent korten? Kwakkelstein: “Dat als je gepensioneerd bent, je een lagere pensioenuitkering krijgt. Je krijgt elke maand minder geld. Voor de degene die nog niet gepensioneerd zijn, betekent het dat wat je opgebouwd hebt, minder wordt. Dat is erg. Dat voelen mensen ook zo. Ook wij vinden het vreselijk. We zijn heel blij dat we tot nu toe niet hebben hoeven korten. Dat in tegenstelling tot andere fondsen die één keer of meer keren hebben gekort.”

Aandelen zijn gespreid over verschillende landen

Beleggingsresultaten zijn de belangrijkste knop waar het BPF Schoonmaak aan kan draaien. 2017 was goed. En tot aan het vierde kwartaal van 2018 boekte BPF Schoonmaak ook goede resultaten. Schapendonk: “Wij beleggen in aandelen, we beleggen in verhandelbare schulden, vastgoed en liquide middelen. Met liquide middelen bedoelen we het geld en de waarde van beleggingen die we heel snel in geld kunnen omzetten als dat nodig is. De aandelen zijn gespreid over verschillende landen. Zo spreiden we het risico. Wij beleggen in westerse landen, in Aziatische landen en in landen met een opkomende economie. Ook beleggen we in Europese staatsobligaties, hypotheken, obligaties van opkomende landen en obligaties met een hoger risico. We zouden exotischer kunnen gaan beleggen, maar dan wordt het ook risicovoller en duurder. We willen niet meer risico nemen dan strikt noodzakelijk is. En we willen niet dat de kosten om te beleggen te hoog worden. Ook dat komt het pensioen van schoonmakers niet ten goede.”

Veel parttimebanen en doorstroom naar andere sectoren

Tweede belangrijkste knop waaraan het BPF Schoonmaak aan kan draaien, is de uitvoeringskosten. “Dat wat het kost om het pensioen te regelen”, legt Schapendonk uit. “We zijn een sector met veel parttimebanen en de doorstroom naar andere sectoren is hoog.” Hoe meer kleine pensioentjes, hoe meer kosten je verhoudingsgewijs maakt. Kwakkelstein: “Elke cent die we uitgeven aan iets anders dan pensioen, vind ik zonde van het geld. Daarom zitten we bovenop die kosten.” Dat betreft onder andere kosten voor het beheer van de 4,8 miljard euro. BPF Schoonmaak is eenvoudiger gaan beleggen waardoor er minder transacties plaatsvinden. “En dan betaal je daarvoor dus ook minder.” De kosten bedroegen in 2017 0,29 procent van belegd vermogen, een daling ten opzichte van 2016.

Hoeveel waarde heb je opgebouwd?

De gemiddelde pensioenuitkering is, vanwege de parttimers en de doorstroom, slechts 1.700 euro per jaar. “Dat was in 2012 nog maar 1.100. Het bedrag is aan het stijgen. Vooral een gevolg van het feit dat er langere dienstverbanden in de schoonmaak worden afgesloten.” Om veel werk aan kleine pensioentjes tegen te gaan, bestaat er een afkoopgrens. Wie een pensioen heeft van onder de 484,09 bruto per jaar maar boven de 2 euro, neemt deze automatisch mee naar zijn nieuwe pensioenfonds. Kwakkelstein: “Daar hoef je niets voor te doen.” Maar kom je daarboven, dan moet je een waardeoverdracht aanvragen bij BPF Schoonmaak. “Als je uit dienst gaat, krijg je daar een brief over.” Wie wil weten hoe het er met zijn pensioen voorstaat, kan een blik werpen op www.mijnpensioenoverzicht.nl. Inloggen moet met de DigiD. “Daar kun je zien hoeveel waarde je hebt opgebouwd.”

Kortom, BPF Schoonmaak staat er vanwege de lage rente niet florissant voor, maar kan daar eigenlijk weinig aan doen. Behalve dan ervoor zorgen dat het rendement op beleggingen goed blijft. En: ervoor zorgen dat de kosten binnen de perken blijven. Vervelend genoeg staat er een korting van de pensioenen op stapel in 2021, mocht de rente op hetzelfde niveau blijven. Mocht de rente omgaan gaan, dan is het fonds al snel uit de ellende. Kwakkelstein: “Dit is de realiteit waar we mee te maken hebben.”

Lees ook
Mkb-branchevereniging SieV: schoonmakers eerder met pensioen
Misschien pensioenen schoonmaak in 2018 wel lager