Het CBS onderscheidt in dit bericht vijf typen bedrijven in de business economy op basis van het aantal werkzame personen: zzp’ers, micro-(2 tot 10 werkzame personen), klein- (10 tot 50), midden- (50 tot 250) en grootbedrijven (250 of meer).
Een bedrijf kan van grootteklasse veranderen. Dat gebeurt als het groeit en meer personeel aanneemt, of juist krimpt en minder mensen in dienst heeft. Een bedrijf kan ook groeien of krimpen zonder van grootteklasse te veranderen.
Meer mkb-bedrijven naar kleinere bedrijfsklasse
Van de bedrijven die in 2014 micro-, klein- of middenbedrijf waren, krompen er meer naar een andere grootteklasse dan er groeiden. In het kleinbedrijf is het verschil tussen krimp en groei het grootst. Van alle 39.539 bedrijven die in 2014 tot het kleinbedrijf hoorden, was tien jaar later 16 procent gekrompen en ruim 7 procent gegroeid.
De meeste bedrijven bleven stabiel. Binnen het middenbedrijf groeiden er wel meer bedrijven in aantal werkzame personen dan er krompen. Er was dus meer dynamiek binnen het middenbedrijf dan daarbuiten.
Van de zzp’ers uit 2014 was 49 procent in 2024 verdwenen door bijvoorbeeld een opheffing of overname. Bij het grootbedrijf gold dit voor 25 procent van de bedrijven.
Minder dynamiek in bedrijvenpopulatie in 2024
In 2024 werden minder bedrijven opgericht en meer bedrijven opgeheven dan in 2023. De zogenoemde verversingsgraad daalde licht. Dat betekent dat er iets minder beweging was binnen de bedrijvenpopulatie. In 2024 was de verversingsgraad 17,2 procent, in 2023 was deze nog 17,8 procent. Ook ligt het lager dan het gemiddelde sinds 2007 van 19,7 procent.
De meeste beweging vond plaats bij zzp’ers. Voor het mkb exclusief zzp’ers was de verversingsgraad in 2024 8,2 procent, net als een jaar eerder. Het gemiddelde sinds 2007 is 10,3 procent.
De verversingsgraad laat zien hoeveel bedrijven in een jaar zijn opgericht of opgeheven. Deze wordt berekend door het totaal aantal opgerichte en opgeheven bedrijven te delen door het totaal aantal bedrijven. Hoe hoger de verversingsgraad, hoe meer beweging er is in het bedrijfsleven. Een hoge waarde kan wijzen op vernieuwing, maar ook op instabiliteit. Een lage waarde kan juist duiden op stabiliteit, maar ook op minder vernieuwing.
Ruim 1,6 miljoen mkb-bedrijven in 2025
Aan het begin van 2025 waren er ruim 1,6 miljoen mkb-bedrijven in de business economy. Dat is bijna 75 procent meer dan in begin 2014. Dit komt grotendeels doordat het aantal zzp’ers groeide, vooral in de verhuur en overige zakelijke dienstverlening, de vervoer en opslag en de horeca.
Het aantal bedrijven in de rest van het mkb neemt met bijna 13 procent toe in deze periode. In de verhuur en overige zakelijke dienstverlening is die toename relatief het sterkst. Het mkb bestond aan het begin van 2025 voor bijna 81 procent uit zzp’ers, in 2014 was dit nog 70 procent. Vooral het aandeel microbedrijven in het mkb daalde daardoor.
Bron: CBS








