Door de volgende vijf stappen te volgen, afkomstig uit de whitepaper ‘Gezond op School’ van OSB, blijft een school gezond en schoon.
1: Stel een schoonmaakplan op
De basis van een schone en gezonde school is een schoonmaakplan. Hier staat in wanneer, hoe, door wie en hoe vaak er wordt schoongemaakt. Het schoolbestuur is er samen met de directie verantwoordelijk voor dat het plan wordt opgesteld. Dit zijn ook de partijen die het budget voor het schoonmaken bepalen.
2: Gebruik schoonmaakkaarten
Op een schoonmaakkaart worden de werkzaamheden van het schoonmaakbedrijf en de school vastgelegd en bijgehouden. Voor een school zijn twee schoonmaakkaarten ontwikkeld: een voor de hele school en een voor de klas. Door de kaarten bij te houden en te evalueren, ontstaat er zowel bij het schoonmaakbedrijf als bij school meer zicht op het werk en op zaken die eventueel misgaan.
3: Doe aan frequent onderhoud
De dagelijkse en wekelijkse schoonmaaktaken vallen onder frequent onderhoud. Voor dagelijks onderhoud geldt dat alles wat scholieren en leerkrachten dagelijks meermaals aanraken, vaak en goed gereinigd moet worden. Onder wekelijkse werkzaamheden worden ‘redelijk schone situaties’ verstaan die bepalend zijn voor hoe de school er uitziet.
4: Voer periodiek onderhoud uit
Dit is de grote schoonmaak die tijdens vakanties plaatsvindt voor de uitvoering van een nieuw schoonmaakprogramma. In dit onderhoud is er onder andere aandacht voor het herstellen van ernstige gebreken zoals lekkages en het onderhoud van het ventilatiesysteem.
5: Meet de schoonmaakkwaliteit
Een schoonmaakbedrijf met het OSB-keurmerk voert kwaliteitscontroles uit om de eigen schoonmaakkwaliteit te meten.Daarnaast is een periodieke controle belangrijk. Dit kan bijvoorbeeld door een speciaal opgeleide VSR-kwaliteitsinspecteur gebeuren met het VSR-KMS (Kwaliteit Meet Systeem).