Aan tafel zaten presentatrice Annette Waning, Chuchu Yu (Manager Scientific & Regulatory Affairs bij de NVZ), Rob Boers (KAM-manager bij Total Care en lid van de commissie KAM van Schoonmakend Nederland) en Anneroos Blok-de Jong (eveneens lid van de commissie KAM).
Reinigen is iets anders dan desinfecteren
Nog steeds halen veel mensen de begrippen reinigen en desinfecteren door elkaar. Reinigen draait om het verwijderen van zichtbaar vuil, waarmee ook al een deel van de aanwezige micro-organismen verdwijnt. Desinfecteren is de volgende stap: het gericht doden van micro-organismen om de kans op besmetting te verkleinen.
Maar let op: desinfectie werkt alleen op een schoon oppervlak, benadrukte Chuchu Yu. Of, zoals een oud-collega het verwoordde: 'Poep kun je niet desinfecteren'.
Strikte regels en betrouwbare databronnen
Desinfectiemiddelen zijn officieel geclassificeerd als biociden. Dat betekent dat ze onder de Europese Biocidenverordening vallen. Alleen middelen die zijn goedgekeurd door het CTGB (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) mogen gebruikt worden in Nederland.
Chuchu Yu liet zien hoe je via de databanken van het CTGB en het ECHA (Europees Agentschap voor Chemische Stoffen) kunt nagaan of een middel een geldige toelating heeft.
Belangrijk om te weten: marketingtermen als ‘natuurlijk’, ‘biologisch’ of ‘niet-giftig’ zijn niet toegestaan op etiketten van desinfectiemiddelen.
Duurzaamheid versus angst voor chemie
Duurzaamheid speelt een steeds belangrijkere rol bij de productkeuze in de schoonmaakbranche. Rob Boers gaf aan dat veiligheid en effectiviteit voorop staan, maar dat er steeds vaker wordt gekeken naar de milieu-impact van middelen door middel van levenscyclusanalyses (LCA’s).
Tegelijk werd gewaarschuwd voor ‘chemofobie’, een ongegronde angst voor alles wat chemisch klinkt. Yu onderstreepte dat producten die een officiële toelating hebben, veilig zijn bij juist gebruik.
Ethanol in handdesinfectie: risico’s en regels
Ethanol, een veelgebruikte stof in handgels, wordt onder de arbowet geclassificeerd als kankerverwekkend. Toch blijkt uit onderzoek van het RIVM dat het risico bij normaal gebruik zeer beperkt is. Werkgevers blijven wel verantwoordelijk voor een correcte registratie en beoordeling van risico’s via een RI&E en een stoffenregister.
Vragen uit de praktijk
Tijdens de kennissessie werden praktische vragen uit de schoonmaaksector besproken.
Is dikke bleek geschikt als desinfectiemiddel?
Antwoord: Alleen als het product een geldige toelating heeft voor de beoogde toepassing en dit duidelijk op het etiket vermeld staat.
Wat is het verschil tussen sprayen en vernevelen?
Antwoord: Vernevelen levert veel fijnere druppels op, die sneller ingeademd kunnen worden. Dit vraagt om strengere veiligheidsmaatregelen.
Mag je een combinatieproduct gebruiken dat zowel reinigt als desinfecteert?
Antwoord: Dat mag, mits het middel goedgekeurd is voor beide functies en het gebruik op het etiket is omschreven. Volg altijd de officiële gebruiksaanwijzing.
Kritisch blijven en doelgericht werken
De sessie sloot af met een duidelijke boodschap: desinfecteer alleen waar het echt nodig is. Blindelings desinfecteren is zelden zinvol en kan zelfs schadelijk zijn. Rob Boers waarschuwde dat veel micro-organismen onschadelijk of juist nuttig zijn. Overmatig desinfecteren kan daarom onnodig en averechts werken. Een goede reiniging is in veel gevallen voldoende om een veilige omgeving te garanderen.
Volgens Chuchu Yu is het essentieel om hygiëne doelgericht toe te passen. Kijk naar waar het risico op besmetting het grootst is – bijvoorbeeld bij contactpunten als deurklinken en lichtschakelaars – en zet daar desinfectie gericht in. Niet op de automatische piloot, maar met gezond verstand.
Bron: VSR