Vincent en José Schouten (familiebedrijf AlcmariA): 'We twijfelden geen moment over de overname'

Vincent en José Schouten (familiebedrijf AlcmariA): 'We twijfelden geen moment over de overname'
Oprichters Reinier en Riet, en de huidige directie Vincent, José en Ruben. Fotograaf: Nils Blom

Volgens de laatste schattingen telt Nederland bijna 300.000 familiebedrijven, waarvan ongeveer driekwart actief is in het niet-financiële bedrijfsleven. Specifieke cijfers over het aantal familiebedrijven in de schoonmaakbranche zijn er niet, maar een rondgang op Google levert al snel duizenden hits op. Vaak wordt het predicaat familiebedrijf trots op de website vermeld. Maar wat is de kracht van een familiebedrijf? Hoe is het om een schoonmaakbedrijf te runnen met je ouders, je broer of zus? En wanneer komt een eventuele overname ter sprake? Service Management gaat de komende maanden in gesprek met verschillende familiebedrijven in de schoonmaak. Vincent (54) en José (50) Schouten, broer en zus, en samen eigenaar van AlcmariA, bijten het spits af.

Schoonmaakbedrijf AlcmariA werd in 1988 opgericht door Reinier en Rietje Schouten. Het begon met een opdracht van de gemeente Alkmaar voor de schoonmaak van zo’n tien scholen en een aantal gymzalen in de omgeving.

Als tiener bijspringen in het schoonmaakbedrijf

Hun kinderen, Vincent en José, waren op dat moment tieners. Zij hielpen zoveel mogelijk mee in het bedrijf. ‘Ik was heel trots dat mijn ouders een eigen bedrijf hadden en dat ik daar onderdeel van mocht zijn’, vertelt Vincent. ‘Terwijl klasgenootjes een krantenwijk liepen, maakte ik een gymzaal schoon. En in de zomervakanties was ik volop met vloeronderhoud of glasbewassing bezig.’

Als hij terugkijkt op die tijd, voelt hij vooral trots en enthousiasme. ‘Maar het was soms ook pittig.’ José haakt daarop in: ‘Het was hard werken. Maar dat is niet erg, dat doen we graag. Ik heb toen veel geleerd.’ Ze moet zachtjes lachen als haar iets te binnen schiet. Met een knipoog zegt ze: ‘In die tijd moest ik, als jong meisje, ‘s avonds koken, omdat onze moeder nog aan het werk was. Daardoor heb ik bijvoorbeeld geleerd dat je altijd water moet gebruiken als je boerenkool gaat koken.’

Eerst gaan studeren

Het was niet vanzelfsprekend dat Vincent en José voor altijd in het schoonmaakbedrijf zouden werken, om later de organisatie over te nemen. Na de middelbare school gingen ze eerst studeren. Vincent begon aan een opleiding economie, maar zijn academische carrière kwam vroegtijdig ten einde. ‘Ik vond het Rembrandtplein veel leuker dan de bibliotheek’, zegt hij eerlijk. Op verzoek van zijn vader trad Vincent op 25-jarige leeftijd als manager in dienst van het schoonmaakbedrijf. ‘Daar vond ik de motivatie om mijn schouders eronder te zetten en mezelf te ontwikkelen. Al hoewel ik ook wel op mijn bek ben gegaan in die tijd. Ik dacht dat ik alles wist, maar dat was natuurlijk niet het geval. Bovendien werd ik in het begin gezien als ‘de zoon van’. Daar moest ik mijn weg in vinden. Uiteindelijk zegt je functietitel niet zoveel; je moet je bewijzen op basis van je karakter, je inbreng en je kwaliteiten.’

Uiteindelijk zegt je functietitel niet zoveel; je moet je bewijzen op basis van je karakter, je inbreng en je kwaliteiten.”

Een paar jaar later rondde José de opleiding Notarieel Recht succesvol af. Maar al snel bleek het werkveld niet wat zij ervan verwachtte. Op 24-jarige leeftijd ging ook José aan de slag bij AlcmariA, met personeelszaken en administratie. Ook zij ervoer extra druk doordat ze werkte in het bedrijf van haar vader. ‘Het voelt nog belangrijker om het goed te doen. Ook omdat je weet dat je er meteen op aangesproken wordt als het niet zo is.’

Het moment van overname

In 2002 belandde hun vader plotseling in het ziekenhuis. Aanleiding voor hem om het schoonmaakbedrijf, waar op dat moment zo’n 70 medewerkers in dienst waren, over te dragen aan zijn twee kinderen. Of ze lang moesten nadenken toen deze vraag kwam? ‘Nee, er was geen enkel gevoel van twijfel’, zeggen ze meteen.

Ze kijken met een goed gevoel terug op de overname. ‘Het gebeurde in harmonie. We trokken samen op. Er was bijvoorbeeld ook één adviseur die zowel onze vader als ons begeleidde in het traject van waardebepaling en de uiteindelijke overdracht. En tot op de dag van vandaag heeft dat nooit tot discussie geleid.’ Na de overname bleef hun vader nog tien jaar als adviseur betrokken bij het bedrijf.

Meer verantwoordelijkheidsgevoel

Voor de medewerkers kwam de overname niet als verrassing. Vincent: ‘Ze zagen het meer als formaliteit. José en ik waren al jaren werkzaam in het bedrijf en hadden ons bewezen. De overname kwam bovendien op een logisch moment door de medische situatie. Ik denk dat het anders geweest was als wij opeens nieuw in beeld kwamen en meteen het bedrijf hadden overgenomen.’

Voor henzelf veranderde er wel iets. José: ‘Op het moment dat je zelf eigenaar bent, voel je op de één of andere manier nog meer verantwoordelijkheid. Dat gevoel is lastig te omschrijven. Het verraste me.’

Tekst gaat verder onder de afbeelding

Vincent, José en Ruben. Fotograaf: Nils Blom
Vincent, José en Ruben. Fotograaf: Nils Blom

Focus op langdurige relaties

De directie van AlcmariA telt drie leden: ook de man van José, Ruben, werkt namelijk in het bedrijf. Een welkome aanvulling, vertelt Vincent. Broer en zus zijn namelijk complementair aan elkaar, ‘en ook Ruben is weer anders dan wij zijn. Het gaat ook niet goed als er drie dezelfde figuren aan het roer staan.’

Ruben houdt zich bezig met factuuradministratie, keurmerken en eventuele aanbestedingen. Niet dat het bedrijf daar vaak aan meedoet, vertelt Vincent. Aanbestedingen gaan gepaard met contracten voor bepaalde tijd en dat past niet bij de filosofie én strategie van het bedrijf.

Ik vind het raar om een zakelijk huwelijk aan te gaan als je de scheidingsdatum al weet.”

 ‘Ik vind het raar om een zakelijk huwelijk aan te gaan als je de scheidingsdatum al weet’, zegt Vincent. ‘We doen misschien aan één of twee aanbestedingen per jaar mee, alleen als er kans is op langdurige samenwerking. Alles wat wij doen, is gericht op de lange termijn. We kiezen er bewust voor om alleen samen te werken met opdrachtgevers die daar ook voor staan. Tegen korte opdrachten zeggen we nee. Als je ervoor kiest om snel geld te verdienen, loop je het risico dat je het ook weer snel kwijtraakt. Met langdurige, loyale relaties houdt je het langer vol, ook in uitdagende tijden. We hebben de nodige crises achter de rug, zoals de bankencrisis, coronacrisis en nu de personeelscrisis, en daar zijn we allemaal goed doorheen gekomen.’

Dichtbij de collega’s staan

Over personeel gesproken: ook op dat gebied hecht de familie Schouten veel waarde aan langetermijnrelaties. Het bedrijft telt momenteel zo’n 200 medewerkers en er wordt niet gewerkt met uitzendbureaus. Ook al zijn de twee officieel eigenaar van het bedrijf; ze willen absoluut geen afstand tot de werkvloer. Zelf steken ze nog regelmatig de handen uit de mouwen bij opdrachtgevers.

‘Als je een schoonmaakbedrijf runt en niet bereid bent om zelf schoon te maken, dan moet je lekker wat anders gaan doen’, zegt José heel overtuigd. ‘Volgens mij is dat een groot verschil tussen mkb-bedrijven en de grote spelers. En ik weet niet wat beter is, hoor. Want ik kan me ook voorstellen dat je beter in staat bent om een bedrijf op te schalen als je meer afstand hebt tot de werkvloer. Maar wij kiezen er heel bewust voor om dichtbij onze collega’s te staan. Bovendien kunnen wij op sommige vlakken nog veel van ze leren én dat maakt het werk ook gewoon een stuk leuker.’

Gedeelde smart

Al hoewel de familieleden het heus niet altijd met elkaar eens zijn, blijft de sfeer onderling goed en hebben ze veel steun aan elkaar. ‘Het werk voelt niet als werk, maar als thuis. En ja, natuurlijk botst het soms, maar dat is helemaal niet erg. Dat hoort erbij’, vertelt José. ‘Als we een belangrijke beslissing moeten maken en er niet uitkomen, dan gelden de meeste stemmen. Vervolgens staan we daar allemaal achter, waardoor het nooit tot een discussie leidt. Ook niet als achteraf blijkt dat het niet de juiste keuze was. We dragen het echt met elkaar als familie.’

‘Het is fijn dat je bepaalde zorgen over het bedrijf met elkaar kunt delen’, voegt Vincent daar aan toe. ‘Ik denk dat het voor ons makkelijker is dan het voor onze ouders toentertijd was. Zij moesten alles alleen dragen en we merkten dat dat behoorlijk aan hen kon knagen. Gedeelde smart, is halve smart.’

Als je een schoonmaakbedrijf runt en niet bereid bent om zelf schoon te maken, dan moet je lekker wat anders gaan doen.”

Derde generatie geen vanzelfsprekendheid

José en Ruben, en Vincent en zijn vrouw Rosalie hebben zelf ook kinderen. Die hebben momenteel bijbaantjes in het schoonmaakbedrijf, maar of zij ook na hun studie het bedrijf intreden, is allerminst zeker. Beiden vinden het belangrijk dat hun kinderen eerst ergens anders aan de slag gaan. ‘We willen dat ze inzicht krijgen in hoe het er bij andere bedrijven aan toegaat. Pas dan kunnen ze heel bewust een keuze maken of AlcmariA inderdaad hetgeen is wat het best bij ze past en waar ze gelukkig van worden. Ze moeten zelf hun eigen weg vinden.’

Maar zelfs als de kinderen later kiezen voor AlcmariA, wil dat nog niet automatisch zeggen dat deze derde generatie ook daadwerkelijk het bedrijf overneemt. ‘Het is dan aan ons om te overwegen of zij daarvoor geschikt zijn’, zegt Vincent. ‘We zien te vaak bij familiebedrijven dat er een onredelijke wens is om het bedrijf door te geven aan de volgende generatie, waardoor het bedrijf uiteindelijk omvalt. Dan zijn er alleen maar verliezers. We willen het beste voor iedereen: voor ons, voor onze kinderen, maar zeker ook voor het bedrijf en onze collega’s. En we schromen daarbij niet om moeilijke beslissingen te maken.’